Overvloed
Absoluut, maar bijna niets, over H.C. ten Berge
Inzepen en afspoelen, over Paul Marijnis
De eenheid van de versplintering, over Arjen Duinker
Al was het maar in de vorm van een vraag, over postmoderne poëzie in Nedervlaanderen
In tegenstroom een kwartmaat ruis, over Geert Buelens
Gelijktijdigheid van het tegengestelde, over Jacob Groot
Lopend schrift, over Koos Geerds
Experiment en noodsprong, over Hans Andreus
Genot als drijfveer, een rêverie, over Christine D’haen
Omwille van de schaduw, over Jan Lauwereyns
Walgelijk, waar – een poëthica, over Erik Bindervoet
Medeplichtige getuige van de overlevende, over Armando
Woekeren met je afkeer, over Maarten Doorman
Het uithouden is alles, over Erik Spinoy
Polyfonie op een streep door de wildernis, over Geert van Istendael
Verschrijvend zoeken, over Lidy van Marissing
Als je de vorm verandert, over Mark Insingel
In de amfoor van zijn eenzaamheid, over Lucebert
Verijdeling van de voltooiing, over René Huigen
Wachten op een voorbije ondergang, over Jan Baeke
Het ritueel begrijpt ons niet, over Alfred Schaffer en J. Eijkelboom
Geboren uit het Nederlands, over Mustafa Stitou
Particuliere tijdingen, over Anne Vegter
Het laken over de afgrond, over Peter Holvoet-Hanssen
In ouderlijke monden begint de zondeval, over Henk van der Waal
Nam het sonnet wraak, over Maria van Daalen
Spelen en zich verspelen, over Esther Jansma
De nasmaak van de taal, over Van der Graft
Een vreemde, mijnheer, over Gerrit Achterberg
Osmose, over Anneke Brassinga
Deze is aansprakelijk, over Frans Budé
Door
een webgedicht nader beschouwd, over Tonnus Oosterhoff
Bijeen gebracht om op te breken, over Erik Spinoy, Ingmar
Heytze, Luuk Gruwez, Esther Jansma, F. van Dixhoorn, Ilja Leonard Pfeijffer
Voor de verschijning al, over Jozef Eijckmans
Donker noemen wat helder opkomt, over Ilja Leonard Pfeijffer