wie haalde dat blad met koffie? hij kon er niet langs.

je zag hem aarzelen. heeft hij beroeringsangst?

wat heeft hij niet. haalde zij dan de koffie? water

stond toen al kniehoog in de kamer. verreweg de meeste

mensen vluchtten instinctmatig de verkeerde kant op.

 

waarom wil je zo je dochter nog terugzien? sentimenteel,

zeemansvrouwen bij de uitvaart wuivend op de kade?

 

e zou hem tegemoet kunnen komen, zo'n oversteek

is geen sinecure, maar ik heb niets gezegd. mocht wat.

wat is een gebaar? de rij leilinden langs de zijgevel.

na de vader dwong de zoon hen te verstrengelen.


 

noodtrap

naar het schone geheim