slaapt ie? achter het stuur van de ford transit wacht op
de boulevard, tot de klus geklaard is, de koppelbaas
neergeschoten, de noordzee kletst haar grauwe vleugels
op de stranden nog en nogmaals heft ze boven
het sidderend lichaam haar koppen, vergeefs
het licht,
onder de nacht die zij niet meer bereiken kan,
strijkt, zonder bijgedachten, over haar veren
in een duinpan breeuwt de ochtendploeg het dodenschip